Te koop gevraagd: Goed onderhouden luchtafweergeschut (Russische makelij geen bezwaar). Dit was te lezen in een advertentie in de Telegraaf van 8 juni 1979.
De plaatser van deze advertentie was mijn vader. Ik was 19 maanden. Wij woonden in een aanvlieggebied, waar straaljagers tijdens militaire oefeningen op een hoogte van 150 meter mochten vliegen. Regelmatig vlogen die kisten nog lager over. Als ik er één aan hoorde komen liet ik mij, waar ik op dat moment ook was, plat op de grond vallen en hield mijn handen op mijn oren. Vreselijk vond ik dat lawaai!
Mijn vader had er genoeg van. Hij trok aan de bel bij de Defensie in Den Haag. Daar kreeg hij te horen dat hij een officiële, schriftelijk klacht in kon dienen. Zover wilde hij niet gaan, maar een beetje publiciteit zou misschien wel helpen om de nationale luchtmacht eens goed aan het denken te zetten. En die publiciteit die kwam…
De ongewone advertentie trok al snel de aandacht. Niet alleen van journalisten, maar ook van serieuze wapenhandelaren. Voor zo’n 15.000 gulden kon hij eigenaar worden van een goed functionerend luchtafweergeschut. Omdat zulk materieel doorgaans niet met een gebruiksvriendelijke handleiding komt, bood de beste man aan om met mijn vader te oefenen op het IJsselmeer.
Van een ontmoeting met de wapenhandelaar is het nooit gekomen, maar het verhaal haalde uiteindelijk verschillende kranten, waaronder de Telegraaf, de Emmer Courant, de Winschoter Courant en het Dagblad van het Noorden. Een van mijn foto’s bij de artikelen verscheen later in Troskompas bij een item over luisteren naar kinderliedjes…. Dat was in 1979 toch wel het equivalent van viral gaan in deze tijd!
Tot minder laagvliegbewegingen heeft de actie van mijn vader waarschijnlijk niet geleid. Maar hij heeft wel voor aandacht gezorgd. Bovendien was het een goede manier om zijn frustraties te uiten. Hij zag het zelf als een serieuze grap. “Ik schiet gewoon terug met mijn middelen. Het zou ook veel echter zijn voor die piloten, als ze wat tegenspel krijgen…!”
Het is haast niet te geloven dat ik op latere leeftijd vrijwillig meeging naar Luchtmachtdagen van de Koninklijke Luchtmacht. Gelukkig had ik toen genoeg aan oordoppen en liet ik mij niet meer languit op de grond vallen bij elk overvliegend vliegtuig!